Vrijdag ga ik naar Schiphol, om het vliegtuig naar Marrakech te nemen. De familie Al-Manouzi nodigde mij uit voor hun jaarlijkse familiebijeenkomst in het zuiden, de Sousse. Over de familie Al-Manouzi, speciaal over de zoon Houcine, die in 1972 illegaal werd opgepakt en voor altijd is verdwenen, schreef ik mijn eerste boek ‘Jaren van Lood’. Dat werd in 2000 gepubliceerd, en is nu als e-boek verkrijgbaar via www.fosfor.nl
De familie Al-Manouzi is talrijk, er zullen zo’n tachtig mensen deelnemen aan de reünie. Ik verheug me zeer op het weerzien met hadja Khadija, de moeder van de verdwenen Houcine, met Rachid, Najib, Salahdin, Abdelkrim en Fatima, hun vrouwen, man en kinderen, en hun kleinkinderen. Ik ken deze familie nu ruim twintig jaar, de kinderen uit mijn boek hebben nu inmiddels zelf kinderen. De generatie van de broers en zus van Houcine, mijn leeftijdsgenoten, is inmiddels grijs geworden. Maar hun strijd voor opheldering over het lot van Houcine gaat onverminderd door. ‘Al-haqiqa, wa kull al-haqiqa!’ is hun eis, ‘De waarheid, en de gehele waarheid!’
Op zaterdag en maandag ga ik met de familie de Arabische vertaling van mijn boek presenteren in het zuiden van Marokko, in Tiznit en in Tafraout. Beide bijeenkomsten zijn voorbereid in samenwerking met lokale associations, de politieke vrienden van de familie. Ik ben er nu al zeker van dat het tweemaal een zeer warm onthaal zal worden, niet alleen door de voorspelde temperaturen van 40 graden C en hoger.
Maar eerst moet ik dus naar Schiphol, waar veel gedoe is deze week. Er zijn extra bewakingsmaatregelen genomen, er was een verwarde man die iets over een bom riep, waarop iedereen in rep en roer was. Domme paniek? Of dreigt er echt een aanslag? Het kan zomaar, wat in Brussel kan, kan misschien ook wel op Schiphol.
Ook al wil ik het niet, de gebeurtenissen van de laatste maanden hebben natuurlijk toch impact. Stel je eens voor dat… mij iets overkomt. Dat kan natuurlijk altijd en het is goed daar af en toe bij stil te staan. Heb ik dan gedaan wat ik wilde? Wat en wie laat ik achter? Is mijn leven klaar, in elk geval klaar genoeg om te gaan als het moment daar is?
Hier stop ik met nadenken. Ik weet dat ik mijn lot niet echt in eigen hand heb, ik weet dat ieders leven in een split-second definitief een andere wending kan nemen, of tot een plotseling einde kan komen. Net als moslims denk ik graag ‘als God het wil’ – en daarmee bedoel ik eigenlijk ‘als het lot dit of dat voor mij in petto heeft’, want echt gelovig ben ik nu ook weer niet.
Vooralsnog pak ik mijn koffertje in, met vooral luchtige kleding, een hoedje en een waaier. En beloof ik zo mogelijk dagelijks via mijn blog verslag te doen van mijn uitstapje naar het warme zuiden van Marokko.